Aan den Edele Achtbaare Hove van
Politie en Crimineele
Justitie der colonie Suriname etc. etc.
Geevt met schuldigden eerbied te kennen M. E. Bijval.
Dat zij supliante, voorneemens in het begin van deezen aanstaande zomer naar Europa te ver-trekken om in persoon haarer nog zeer jonge drie kinderen over te brengen tot een opvoeding; en daar deze wichtijes, waar van de jongste nog geene drie jaaren bereijkt heeft, onvermeide-lijk iemand ter oppassng nodig hebben, aan wien zij gewoon zijn en nog meer, daar haare broeder om zijne herstelling te beproeven, haar zal vergezellen en welligt aan boord ongeluk-kig weder door de jigt zoude kunnen aangetast worden.
Zo is zij suppliante ootmoedigst verzoekende, dat deezen Achbaare Hove voor gemelde om-standigheid in gunstige overweging zullen gelieven te neemen en mits dien consenteeren, dat de neger jonge Charles haar in eigendom behoorende, de schat van vrjdom niet alleen ver……., maar zelfs vergund worde dat zij supliante, dezelve als bediende tegens de maand junij mag mede neemen naar den vaderlande, met stricte beding van haare zijde dat voormelde jonge geduurende haar verbleijv in Europa, in haare dienst zal moeten blijven.
Zijnde de hier toe bepaalde lasten voldaan blijkens anexe quitantien. Op alle het welke zij suppliante een gunstige appoinctement is implorerende.
Suriname den 4 februarij 1817
M. E. Bijval
Ik ondergetekende stelle mij tot borg onder de
gewoonelijke verpligtingen, voor M.E. Bijval
ten behoeven de neger jonge Charles dat dezelve
nimmer ten lasten van den lande zal vervallen
Dato ut supra.
E. Matroos
’t Hof wijst het verzoek bij deeze requeste gedaan zo als het is liggende mits dezen van de hand.
Paramaribo 17 februarij 1817
C.R. Vailliant
Ter ordonnantie van den Hove.
P.J. Changuion
Auteur/verzamelaar: J.F. Sang-Ajang
Nationaal Archief: filmnr. 443, inventarisnr. 697, sessie februari 1817, bijlage 33/ nr. 63/ DK:443.697.2.33.bijval
Stamboomsuriname 